De grootste pijn in mijn strijd met eten was mijn intense verlangen naar eten. Ik kreeg dat maar niet onder controle. Hoe harder ik daartegen in verzet ging des te sterker het werd.
Afvallen was toch een kwestie van wilskracht? Waarom lukte het mij dan niet? Als jij jezelf deze vragen ook hebt gesteld vind je in deze aflevering de antwoorden.
Ik deel mijn ervaring met vechten tegen verlangen naar eten en de reden waarom ik het niet kon winnen. Ik leg ook uit hoe fascinerend dit verlangen in je brein werkt en wat je nodig hebt om het op te lossen.
Als je ooit zonder enig plezier iets bent gaan eten om maar van dat zeurende verlangen af te zijn is deze aflevering voor jou.
Je luistert naar haar Etenslessen, de podcast met Marjena Moll. En dit is aflevering zesenzeventig. Je luistert naar Etenslessen de podcast over afvallen zonder dieet en het creëren van een geweldige relatie met eten. Mijn naam is Marjena Moll. Ik ben je coach en ik doe niets liever dan al mijn Etenslessen met je delen, waardoor je ontdekt hoe je afvalt zonder dieet en een vrouw wordt met een fantastische relatie met eten. Laten we beginnen.
Hallo, hoe is het met jou. Gaat het goed. Ik hoop dat je hebt genoten van vandaag. Het was echt een prachtige dag. Heel zonnig. Mijn honden lagen allebei helemaal te genieten op de tegels in de tuin. Zo schattig! Hoe ze dan meteen naar buiten gegaan en in het zonnetje liggen.
En de knoppen staan op springen in mijn tuin en in het park was het vol met mensen die allemaal een glimlach op hun gezicht hadden. Heerlijk.
Wat heb ik voor je vandaag? Ik wil het met je hebben over een onderwerp aan wat maar heel erg na aan het hart ligt en dat is het intense verlangen naar eten. Heel intens verlangen naar eten en echt genotzucht ervaren je genotzuchtig voelen. Ik noem het vaak aan gaan. Aan gaan als een kerstboom. En ik wil het hier over hebben met je, omdat als je genotzucht niet begrijpt, het voor heel veel innerlijk conflict kan zorgen. En daarmee ook voor pijn in de relatie met jezelf. En ik wil het daarom met je bespreken om je ermee te kunnen helpen.
Waarom is het zo moeilijk om je eigen genotzucht, verlangen naar eten te kunnen beheersen of domineren? Waarom werkt dat niet? Wat wil je over leren? Wat zal je erover moeten leren? En hoe pak je dit aan?
En ik zal daarin beginnen met iets te vertellen over mijn eigen ervaring hiermee.
Vanaf het moment dat ik als jonge tiener ben gaan lijnen, kwam ik mijn eigen intense verlangen naar eten tegen. En dat was deels in reactie op restrictie op eten, niet mogen hebben van mezelf. Wat voor frustratie zorgde er voor spanning en voor verlangen naar eten. En deels ook omdat mijn brein erg gevoelig is voor snelle suikers. Ik wist dat niet. Ik wist niet dat niet ieder mens even gevoelig is voor snelle suikers. Inmiddels zie ik dat heel duidelijk om mij heen. Maar toen wist ik dat nog niet
En ik had geleerd dat afvallen gewoon een kwestie was van wilskracht. Je moet zorgen dat je een goed plan hebt en je vervolgens aan dat plan houden. En je aan dat plan houden moet helemaal niet zo moeilijk zijn als je het gewoon maar graag genoeg wil. Zo werd het mij altijd gepresenteerd. Afvallen zou gewoon een kwestie zijn van wilskracht en ieder pondje gaat door het mondje. Dus als je het maar graag genoeg wilt, dan lukt het je ook.
En ik wilde het graag genoeg. Ik wilde het dolgraag. Ik fantaseerde wekenlang voor de zomervakantie, hoe ik eruit wilde zien, welke kleding ik wilde dragen, wat voor bikini ik wilde kopen. Ik spaarde met mijn zakgeld voor die bikini. Het was heel belangrijk voor me. En toch leek het wel alsof hoe meer ik verlangde naar afvallen, ik evenredig daaraan ook meer verlangde naar eten. En mijn verlangen naar eten zat vrij ondoorzichtig voor mij in elkaar.
Stel bijvoorbeeld dat ik al een aantal dagen niet had overeten en blij was en bezig was met afvallen. En stel dat ik een barbecue zou hebben. En ik zag tegen die barbecue op omdat ik wist dat daar dan chips zouden zijn. En borrelnootjes en whiskeysaus en Turks brood. En ik dacht dan bij mezelf: ik doe het niet. Ik ga gewoon niet. Want ik weet dat als ik daarnaartoe ga, dat ik de hele avond mijn verlangen naar eten moet onderdrukken. En ik ben bang dat me dat niet gaat lukken. Dus ik ga gewoon zeggen dat ik niet kan. En dat deed ik dan.
Ik ging nog liever niet naar die leuke barbecue met die leuke vriendinnen en die leuke vrienden of familie. Omdat eten daar te vermijden. Omdat ik zo bang was dat het me niet zou lukken om mezelf te beheersen.
En wat er dan kon gebeuren was alleen al omdat ik wist dat daar chips zouden zijn, het idee van die chips op dat moment al in mijn hoofd zat. En ondanks het feit dat ik dus niet naar die barbecue ging om die chips te vermijden en de verleiding van die chips te vermijden, stond mijn brein op dat moment al aan op het idee van chips.
En dat idee, dat liep mij niet meer los. En dan kon het zomaar gebeuren dat ik niet naar die barbecue ging, omdat ik bang was dat ik daardoor zou slaan met eten. Om dan vervolgens ‘s avonds thuis, alleen, alsnog laat, mijn gympen aan te trekken, naar de avondwinkel te gaan om daar alsnog die chips te kopen.
Waarna ik natuurlijk achteraf dacht, terwijl ik lopend over straat die chips liep te eten: waar ben ik mee bezig? Ik had net zo goed naar die barbecue kunnen gaan. Dan had ik nog een leuke avond gehad. Had ik iedereen kunnen zien en spreken en het naar mijn zin gehad. Wat doe ik? Waar gaat dit over?
Ik begreep daar dus helemaal niets van en ik kon ‘s ochtends opstaan met een rotsvast vertrouwen in mijn plan van de dag. En dat plan van de dag konden alleen al zo simpel zijn als: vandaag wil ik niet snacken en snoepen. Vandaag wil ik gewoon alleen mijn ontbijt eten, mijn luncheten en mijn avondeten. En dat ging dan goed tot elf uur ‘s ochtends. En dan veranderde ik ineens als een blad aan een boom van gedachten. En met dezelfde overtuiging waarmee ik ‘s ochtends nog tegen mezelf zei: vandaag snoep ik en snack ik niet, at ik op dat moment iets op wat ik daar zomaar op het aanrecht zag liggen. En wat niet in het plan paste. En ik begreep daar helemaal niks van. Ik begreep niks van mijn onbedwingbare verlangen naar eten.
En als je is geleerd dat afvallen gewoon een kwestie is van wilskracht en dat als je het maar graag genoeg wilt, je het ook lukt, dan ga je aan jezelf twijfelen, als je jezelf dit keer op keer ziet doen.
Je gaat denken dat er iets mis is met jou. Je gaat denken dat het je aan wilskracht ontbreekt en aan discipline en dat dat iets is om je voor te schamen, want je doet het dus zelf. Jij creëert dat overgewicht en dus is dat overgewicht een proeve van bewijs van jouw gebrek aan wilskracht. En iedereen kan het zien.
Ik schaamde mij daar zo intens voor. Ik nam het mezelf heel erg kwalijk.
En de keren dat ik inderdaad dat intense verlangen voelde wat maar aanhield en aanhield en aanhield. En ik probeerde me daar urenlang tegen te verzetten. Tot ik het uiteindelijk niet meer hield. En dan dus inderdaad naar de avondwinkel ging om te kopen wat ik in mijn hoofd had. Maar ik genoot er niet eens van. Ik heb heel vaak gegeten om dat intense verlangen op te lossen. Dan had ik het maar gehad. Dan liet het me eindelijk los, want als het eenmaal geactiveerd was, kreeg ik het gewoon niet weg. En als ik dan afrekende bij de avondwinkel, dan had ik ook altijd het gevoel dat de persoon bij wie ik afrekende, kon zien dat ik ging eten omdat ik gewoon mezelf niet in de hand had.
Het was heel raar, maar ik werd er een beetje een beetje paranoïde van. En met schaamte rekende ik dan dat snoep of chocola, weet ik wat het was, rekende ik af en at ik het, lopend in het donker, op weg naar huis, hopend dat ik niemand tegen zou komen die ik kende. En in schaamte at ik dan dat snackvoer weg. Of dat snoep weg. En ondertussen vond ik mezelf zo’n loser. Zo’n mislukkeling. Het deed zo’n pijn om dit irrationele gedrag te vertonen, om te snoepen op een manier die helemaal niets met gezelligheid, genieten of traktatie te maken had. Het was echt een routine die ik afdraaide om van dat intense verlangen af te komen.
Vanmorgen gaf ik een nieuwe groep voor het eerst les en ik vertelde ze iets over genotzucht en hoe ze dat de komende weken gaan oplossen en hoe we dat gaan aanpakken. En ik vertelde ze over de Pavlov reactie die ik altijd had als ik in de auto reed en langs de snelweg ineens die gele schelp zag, dat logo van de Shell, omdat ik dan altijd dacht direct aan snacken en snoepen en het water mij dan automatisch in de mond liep.
En als er op dat bord stond over vijf kilometer benzinestation, dan was ik vijf kilometer bezig met een discussie in mijn hoofd: zal ik wel. Zal ik niet. Zal ik alleen water kopen? Ik neem alleen een cola light Of misschien toch cashewnootjes. Nootjes zijn gezond…haha…
Zo sprak ik mezelf langzaam maar zeker richting die Shell shop toe. En als ik dan eenmaal in de winkel stond met nog zo’n beetje halfbakken idee over dat ik iets gezond ging kopen, dan hoefde ik alleen maar die de standaard te zien met groene bananen erin. Al die onrijpe bananen. En dat was dan natuurlijk precies wat ik wilde zien als het ware om aan mezelf te kunnen verkopen: ja, nee, de bananen zijn niet rijp. Nou ja, dan moet je wel drop kopen natuurlijk..haha..Ik zag. Ik zag mensen lachen in herkenning. Ja, weet je wel, een onrijpe banaan. Dat is net de tipping point, het laatste zetje wat je nodig hebt om aan jezelf te kunnen verkopen dat het dan inderdaad cashewnoten moeten worden of een reep chocola.
Ik deel dit met je om aan je te laten zien hoe irrationeel dat intense verlangen naar eten eruit kan zien en dat het helemaal niets te maken hoeft te hebben met genieten of plezier.
Maar ik ben hier gelukkig helemaal uitgekomen. Ik heb het helemaal opgelost en ik begrijp het nu ook heel erg goed.
Dit is hoe het zit.
Wat is dat nou, die genotzucht? De belangrijkste taak die je brein heeft, is om te waken over jouw veiligheid en dat betekent dat je brein samenwerkt met je lichaam en continu wil budgetteren hoeveel reserves jij nog in je lichaam hebt. Wat er dadelijk in de toekomst gaat gebeuren en wat jij aan reserves voor die toekomst nodig gaat hebben. Om de toekomst te kunnen voorspellen maakt je brein gebruik van een gigantische databank van jouw geheugen. En het put uit jouw geheugen eerdere ervaringen in soortgelijke situaties als waar jij je nu in bevindt.
Oké. Dit is een hele lange, kromme zin geworden. Laat ik het zo zeggen: als je dadelijk, ik noem maar wat, je woonkamer inloopt, dan probeert jouw brein te voorspellen wat er eerder in de woonkamer is gebeurd, wat jij daar hebt gedaan en wat je daarvoor nodig hebt aan lichaamsbudget. Dus: hoeveel zout. Hoeveel glucose. Hoeveel dopamine. Hoeveel cortisol ga jij nodig hebben voordat wat jij straks gaat doen in jouw woonkamer.
En zo gedurende de dag bij alles wat je doet, probeert jouw brein te voorspellen wat er gaat gebeuren, door te kijken naar wat er eerder is gebeurd in soortgelijke situaties en hoeveel van jouw reserves je daarvoor nodig hebt.
En om jou te helpen in het voorspellen wat er gaat gebeuren en jouw reserves dus heel voorspelbaar te kunnen benutten, hallucineer jij eerdere impulsen en ideeën. Dus, als het gaat om eten, herkent jouw brein, in mijn geval bijvoorbeeld met die Shell-shop, die gele schelp: hè, bij het benzinestation is er voedsel. Daar ben je eerder voedsel gaan kopen. Ik zet alvast jouw verlangen naar voedsel aan en dus alleen omdat ik daar eerder ben geweest en daar eerder snoep heb gekocht, gaat dat verlangen in mij aan. En de nucleus accumbens, als ik dat goed uitspreek, is het genotcentrum in het brein waar dopamine wordt aangemaakt. En dopamine is een kortstondige ervaring van genot. En je voelt dopamine, als er daadwerkelijk iets gebeurt van genot of in het anticiperen op genot in de verwachting van genot.
Nou, vandaar dus die ervaring met die gele schelp. Dus ondanks het feit dat jij heel erg graag wil afvallen en gezond wil eten, kan jouw brein herkennen: hé, ze is in de keuken. Hier doet ze altijd eerder dit en dat. En dan voel jij het bijbehorende verlangen. Als je ‘s avonds regelmatig na de maaltijd op de bank nog een bakje cruesli bent gaan eten, ga jij zitten op de bank en jouw brein herkent dat als de plek waar jij verlangt naar cruesli. En dus voel je dat verlangen. En dopamine is een ervaring en ik heb het goed bestudeerd bij mezelf, het is een verlangen. Je verlekkert je aan, je verheugt je op. Dus je voelt echt: oh, weet je waar ik nu zin in heb…dan komt dat idee in je op.
Maar de andere kant van dopamine, naast dat verlangen en je verlekkeren aan, is ook een ervaring van stress. De ervaring van dopamine is een onrust, dus een verlangen in combinatie met onrust. En wat ik zo mooi vind van de evolutie. Dat is ook natuurlijk bedoeld om je daarmee aan te sporen, dat verlangen wat je voelt, om te zetten in actie. Dit genotzucht gaat natuurlijk over voedsel, maar ook over voortplanting. En toen ik hier over nadacht, realiseerde ik me: het is zo logisch. Als je ‘s avonds op de bank zou zitten. Stel dat het bijvoorbeeld gaat om de liefde. Stel dat dopamine alleen maar lekker zou voelen. En jij zou denken aan het ontmoeten van de ware en verlangen naar het ontmoeten van de ware. Maar alleen dat verlangen en dat denken aan zou al zo fantastisch voelen. Ja, waarom zou je dan je jas aantrekken om door weer en wind naar een borrel te gaan waar je de ware misschien ook ontmoet. Nee, hier op de bank zitten en er alleen aan denken voelt al helemaal fantastisch. Ja, dan is het voortbestaan van de soort natuurlijk in gevaar..haha…
En dus is dopamine zo in elkaar geknutseld door de evolutie dat het dubbel voelt. Ja, je voelt een intens verlangen, maar ook een soort van stress die zegt: kom op! Zet dat verlangen om in actie. Trek je jas aan. Ga naar die borrel. Ga daar op dat metrostation in de kou staan op je hakken..haha..
Dus is dat wat je doet in dat verlangen naar het ontmoeten van die ware liefde.
En dus is dat ook wat je doet in je joggingbroek, op je gympen naar de avondwinkel om dan daar, ik weet niet wat te gaan halen omdat je dat intense, zeurende verlangen voelt, wat je tegelijkertijd ook als heel onrustig ervaart.
En dat is hoe het brein ervoor zorgt dat je overleeft.
Hoe heb je dit nou geprobeerd op te lossen? Ik probeerde het indertijd alleen maar onder de knie te krijgen op wilskracht. Als het opkwam en ik ineens aanstond en verlangde naar eten, voelde ik de angst dat ik eraan toe zou geven. En dus was het eerste wat ik voelde was verzet. O nee, alsjeblieft niet, weet je wel. Het gaat nou net zo goed. Ik wil dit niet. Ik wil dit niet. Maar als ik mij verzetten tegen dat verlangen, verloor ik het vroeg of laat.
En hoe kwam dat nou? Dat komt omdat dat verlangen wat je voelt uit jou komt. Uit jouw brein. Het is van jou. Het is energie uit jouw brein en het verzet ertegen om het te onderdrukken, om het te winnen van dat verlangen komt ook uit jou, komt ook uit jouw brein en dus vecht je tegen jezelf. En je kan je voorstellen dat als je tegen je eigen schaduw vecht, dat dat maar één kant op kan. En dat is dat je uitgeput raakt. Je kan het niet winnen.
En wat er gebeurt met dit deel van het brein, omdat het over overleven gaat. Het wacht gewoon zijn kansen af.
En dat is natuurlijk ook wat er gebeurde als ik niet naar die barbecue ging om die chips te vermijden. Het idee van die chip stond al aan in mij. En dus ging het linksom of rechtsom. Maar daar kwam een moment waarop ik voor de bijl ging en die chips kocht. Ik kon het niet winnen. Ik kon het van dit verlangen niet winnen door het te onderdrukken, door me ertegen te verzetten. Ik kon het ook niet winnen door het te vermijden. En ik won het natuurlijk ook niet door er maar aan toe te geven en het daarmee op te lossen, dan was weliswaar het verlangen verdwenen, maar dan had ik dus wel gegeten terwijl ik dat niet wilde.
Dus je ertegen verzetten kan niet, want je brein wint het gewoon vroeg of laat. Het oplossen door te eten is natuurlijk niet wat je wil en zeker niet op de manier zoals ik nu heb omschrijven. Dan word je alleen maar heel erg verdrietig, want je begrijpt jezelf niet.
Dus wat kan je dan wel?
De oplossing is om je in de eerste plaats te realiseren dat er redenen zijn waarom je ooit bij dat benzinestation snoep bent gaan kopen terwijl je geen honger had. Waarom je gedachteloos staat te eten bij een barbecue. Waarom je eten ooit bent gaan koppelen aan jezelf belonen. Of waarom je ooit bent gaan eten, gedachteloos voor de televisie. Of om jezelf een pauze te geven. Of om de emoties waar je last van hebt te kunnen vergeten.
Er zijn eigenlijk maar twee redenen waarom je overeet: of om jezelf te belonen of je eet om te vergeten, om uit te kunnen checken.
Als je mijn podcast al wat langer beluisterd, dan weet je dat inmiddels. Dan heb je mij dat al vaker horen vertellen. Je kan je voorstellen dat als genotzucht aanstaat in je brein en je tegelijkertijd ook nog een emotie hebt die je liever niet wilt voelen, of je een verlangen hebt naar jezelf belonen met eten, ja, dat is dubbelop.
Dat is een sandwich van verlangen, een verlangen aan uitchecken, jezelf vergeten en een verlangen naar eten. Of een verlangen naar eten en een verlangen om jezelf te mogen belonen met eten. En als die twee bij elkaar komen, win je het gewoon niet. Je wint het gewoon niet, is mijn ervaring.
Dus wat kun je doen om dit op te lossen? Door te gaan begrijpen wat de redenen zijn waarom je overeet en deze op te lossen, blijft alleen het verlangen zelf nog over. En als je dan de redenen waarom je wilt overeten hebt opgelost, kun je dat verlangen laten doven door het niet langer te belonen, door je er niet tegen te verzetten, maar het ook niet op te lossen met eten.
En hoe doe je dat? Die laatste stap zet je door het verlangen toe te laten in je lichaam en te beleven.
Je hebt dat verlangen niet uitgenodigd. Je bent er niet blij mee. Je hebt er niet vrijwillig voor gekozen. Maar nu het er eenmaal is, wil je wel alsnog vrijwillig besluiten dat het er mag zijn.
En er dus ja tegen zeggen. Het juist toelaten in je lichaam verwelkomen en het observeren. En dat is de magie van het oplossen van dit verlangen.
Eerst die oorzaak oplossen. Waarom wil je overeten? Waarom ben je dit ooit gaan doen? En nadat je dat hebt gedaan, kun je gaan leren om het verlangen in je lichaam er te laten zijn en het te observeren en er oké mee te zijn.
Dit principe gaan begrijpen en toepassen heeft mijn strijd met eten opgelost. Het is de derde weg. Je niet verzetten tegen verlangen en niet toegeven en eten, maar het verlangen zelf accepteren, observeren en verwelkomen in je lichaam.
Deze vaardigheid leer ik in mijn programma. Maar wat zo fijn is, is de volgorde waarmee ik het met je aanvlieg. We gaan echt zorgen dat jij eerst jouw relatie met eten heel erg goed leert kennen. Jezelf heel erg goed leert kennen. De redenen waarom je wilt overeten echt gaat begrijpen.
Je hebt mij al vaker horen zeggen: een probleem laat zich pas oplossen nadat het eerst is begrepen en vanuit dat begrip, en het zelfleiderschap wat ik met je opbouw, kun je vervolgens meester worden in het voelen, doorvoelen en toelaten van je verlangen naar eten, zonder dan ook daadwerkelijk te hoeven eten of in verzet te gaan.
Ik ben zo dankbaar, zo blij dat ik dit werk heb gedaan, dat ik het echt begrijp en dat ik het nu aan jou kan uitleggen en aan je kan doorgeven. Het is iets wat heel veel leed in mijn leven heeft veroorzaakt toen ik het nog niet begreep. En toen ik er ook nog niet goed mee geholpen kon worden. En zo vaak tegen het onbegrip uit mijn omgeving opbotsten. Toen ik telkens opnieuw de boodschap kreeg: ja, maar ja, dan eet je het toch gewoon niet. Ieder pondje gaat toch door het mondje. Als je het maar graag genoeg wilt, dan lukt dat je ook.
Weet, weet, weet, weet dat als jij ook regelmatig in je omgeving tegen dit onbegrip aanbotst, dat je hier te maken hebt met onwetendheid. En het is zo fijn voor je om te weten dat er een plek is waar dat verlangen naar eten, dat irrationele verlangen naar eten en de intensiteit ervan zoals je die kan beleven echt begrepen wordt.
En in Etenslessen wordt het echt begrepen. En help ik jou om meester te worden in het laten doven en slijten van dit verlangen. Ben blij dat ik je dit heb kunnen uitleggen. Ik ben er volgende week weer en ik wens je een prachtige dag. Tot dan.