Wat zijn eetbuien en hoe los je die op? Eetbuien lijken net zo buiten je controle te liggen als het weer. Je kan een regenbui niet voorkomen of bepalen hoelang die duurt, maar als het om een eetbui gaat kan je daar gelukkig wel invloed op krijgen.
Er zit nu nog een kloof tussen die bui en jezelf, maar je kan die kloof steeds kleiner maken, waarmee de invloed op je gedrag toeneemt. Ik vertel je hoe dit werkt en deel mijn belangrijkste ontdekkingen die je vandaag al kunnen helpen.
Je luistert naar Etenslessen, de podcast met Marjena Moll en dit is aflevering 221. Je luistert naar Etenslessen, de podcast over afvallen zonder dieet en het creëren van een geweldige relatie met eten. Mijn naam is Marjena Moll. Ik ben je coach en ik introduceer je graag in mijn Etenslessen waardoor je ontdekt hoe je afvalt zonder dieet. En een fantastische relatie met eten creëert. Laten we beginnen.
220 Etenslessen heb ik al met je gedeeld. Fantastisch! En ik kom nog maar net op stoom. Hoe is het met je?
Hallo lieverds, hoe gaat het? Hoe is het met jou? Met mij gaat het zo goed. Ik ben op zo’n goeie plek.
Dat is fantastisch. En ik zou zeggen, kom erbij! Waar wacht je op? We hebben zoveel plezier met elkaar en er is zoveel succes. Vandaar de vraag. Vandaar de vraag naar het aanbod. Kom erbij! Op 24 januari gaan de deuren open en ben je uitgenodigd voor deelname. Meld je daarvoor aan via mijn wachtlijst op Etenslessen.com. Etenslessen.com, Meld je aan voor die wachtlijst.
24 januari gaan we jouw fantastische relatie met eten creëren. En in deze les ga ik het met je hebben over eetbuien.
Ik ga daarvoor drie belangrijke waarheden met je delen. Het zijn mijn waarheden. De waarheden zoals ik die heb ontdekt in het bestuderen van mijn eigen eetbuien in der tijd en het bestuderen van de eetbuien van mijn klanten in de afgelopen 10 jaar. En deze drie waarheden kunnen verschil voor je maken in het begrijpen van jouw eetbuien en het oplossen daarvan. Laten we beginnen bij het begin.Wat is een eetbui?Om een eetbui te kunnen definiëren heb je eerst een definitie nodig voor overeten.
Want een eetbui is overeten in het kwadraat. Overeten, mijn definitie van overeten, is het eten waar je achteraf spijt van hebt en jouw lichaam niet om heeft gevraagd. Mensen die geen strijd met eten ervaren en hartstikke slank zijn, overeten ook. Maar niet in problematische mate. En daarmee bedoel ik te zeggen dat ze niet altijd alleen maar 100% tot 3 cijfers achter de komma luisteren naar hun signalen van honger en verzadiging. Zelfs dieren doen dat niet eens. In de natuur. En die hebben geen porties, punten, menuplannen of weegschaal.
Maar ook zij volgen niet 100% hun hongerbalans, hun signalen van honger en verzadiging. Jij hoeft dat ook niet te doen. Je kan overeten. En dan noem ik het geen overeten, als je daar ook achteraf geen spijt van hebt… En het resultaat geen issue voor je is. Overeten is het eten waar je achteraf spijt van hebt en jouw lichaam niet om heeft gevraagd. Dus als je luncht en halverwege je lunch merk je dat je lichaam zegt, Dit was lekker zeg, ik ben verzadigd, zo is genoeg, dank je wel.
Maar je vindt het gewoon nog heel erg lekker en je besluit om door te eten. Als de redenen waarom je dat doet voor jou kloppen en je staat volledig achter de consequenties daarvan, is het geen probleem. En noem ik het geen overeten. Er zijn situaties waarin je wilt overeten of althans meer eten dan jouw verzadiging aangeeft. Nu maak ik het verwarrend. Ik noem het geen overeten als jij er achteraf geen spijt van hebt, ook al heeft je lichaam daar niet om gevraagd. Komen die twee bij elkaar, je hebt er spijt van, je lichaam vroeg er niet om, dan noem ik het overeten.Op het moment dat je een eetbui hebt, overeet je in het kwadraat.
Je voelt een grote urgentie om in een korte tijd zoveel mogelijk te eten. En dat kan van alles door elkaar zijn.
Zoveel eten dat je ervan versuft raakt en niets meer denkt en niets meer voelt en niet meer in contact bent, zo min mogelijk, met jezelf. Dat is de drijver achter een eetbui. En waarom heet dit een eetbui? Omdat het kan voelen alsof het je overkomt. En jij er geen zeggenschap over hebt. Een eetbui kan voelen als iets wat er ineens is.
Net zoals een regenbui. En van een regenbui weet je niet hoe lang die duurt. Je hebt er geen controle over, ineens begint het te regenen en wanneer dat stopt weet je niet. En zo wordt een eetbui vaak ervaren en daarom ga ik ervan uit dat daar de naam vandaan komt. Het voelt alsof het je overkomt.
1. Een eetbui is je eigen creatie.
2. Een eetbui is een gevolg van opgebouwde spanning.
3. Een eetbui is een gewoonte.
We beginnen bij die eerste. Een eetbui is je eigen creatie. Hoe staat dat in verhouding tot jouw ervaring dat het je gewoon overkomt. Ergens ooit heb je dit voor het eerst gedaan en was het nog geen gewoonte, was het nog geen bekend patroon voor je, maar je verlangde ernaar om door te blijven eten, net zo lang totdat je daar versuft van raakte. En het gevolg was dat je er misselijk van werd, je zat echt overvol, je voelde je niet lekker maar ook versuft.
En dat was ergens waar je naar op zoek was. Uitchecken. Eten tot je niks meer voelt. Als je dit maar vaak genoeg doet, wordt de aanloop naar die eetbui, alles wat eraan vooraf gaat, ook een gewoonte. Het wordt een patroon en dat patroon raakt zo goed geoefend en geautomatiseerd dat er neurologische efficiëntie ontstaat. Je wordt zo efficiënt in het opbouwen naar de eetbui toe dat het buiten je bewustzijn om gebeurt. Je neemt het dus niet waar, maar jij hebt de regenbui wel degelijk zelf gecreëerd.
Ik leg hier geen schuldkaart bij je neer, ik geef jou alleen je macht terug.
Want het betekent dat als de eetbui jouw eigen creatie is, dan betekent het dat je ook iets nieuws kan creëren, iets anders kan creëren. Als je dit hebt kunnen creëren, kan je ook iets anders creëren en automatiseren en neurologisch efficiënt maken, waardoor het je geen inspanning meer kost. Dit is zo’n belangrijke waarheid en waarom noem ik het een waarheid? Omdat ik hier zoveel bewijs voor heb gevonden. Niet alleen in mijn eigen relatie met eten, maar ook in die van mijn klanten. Een eetbui is ooit begonnen voor het eerst als iets wat je zelf creëerde. Daarna ben je het gaan herhalen en werd het een neurologisch efficiënt proces… Waardoor het zich buiten je bewustzijn begon af te spelen. En dus ook het verlangen naar het overeten je ineens kan overvallen.
Ik heb dat zo vaak meegemaakt. Pats, ineens was het er. Rah, en nu wil ik eten. En ik wil met rust gelaten worden. En ik wil alleen zijn. Ik wil dat niemand erbij is. Ik wil me terugtrekken en eten, alsof het de laatste keer is. Die tweede waarheid, een eetbui is het gevolg van opgebouwde spanning.
Die spanning waar ik nu over praat kan uit verschillende dingen bestaan.
Als je een strijd met eten hebt, veel hebt gelijnd, veel in restrictie hebt gezeten en de emoties daar flink over zijn opgelopen in je hoofd, in je lijf, dan is het hebben van de eetbui een hele pijnlijke ervaring en je wil er alles aan doen om te voorkomen dat dat opnieuw gebeurt. En dus ontstaat er fixatie. Fixatie op hoe het met eten gaat. Hoe heb je de afgelopen dagen gegeten? Waren het goede dagen of slechte dagen? Dit zit je in de weg. Je bouwt hier namelijk een spanning mee op. En het vervelende is dat je die spanning opbouwt.
Of het nou slecht gaat of het nou goed gaat. Het maakt niet uit. In beide gevallen leidt fixatie weer tot die volgende eetbui. Het bijhouden, ook als het goed gaat, verhoogt je angst dat het ook weer mis kan gaan. En naarmate die angst groter wordt, wordt je tolerantie voor, ik noem het dan maar even, een schoonheidsfoutje heel erg laag. Zodra dat schoonheidsfoutje zich laat zien en je meer eet dan je van plan was, iets eet wat je juist niet van plan was, dat raakt je dan diep. Het raakt je in je angst. De emoties lopen verder op, de spanning loopt verder op en je krijgt die eetbui.
En alles waar je eerder nee tegen hebt gezegd, in het opbouwen van die spanning, al het eten waar je op wilskracht nee tegen zei, is in je hoofd blijven zitten en nu met die eetbui komt het eruit. En omdat je het doet vanuit de angst, het lukt me toch niet. Ik kom hier toch nooit uit. En ik ben te beschadigd. Ik ben mislukt. Er is iets mis met mij. Vanuit die gedachte en die overtuiging heb je dan die enorme eetbui en de pijn, de geestelijke pijn daarvan, verdoof je met het eten wat je doet.
En daar moet je dan weer van herstellen. En zo begint het nieuwe patroon. Dit is een veel voorkomende aanleiding voor eetbuien. De angst voor over eten en de spanning die je daarover opbouwt of het nou goed gaat of slecht gaat. Een andere oorzaak hoeft niets met eten te maken te hebben, maar gaat over de kwaliteit van je gedachten. Als je jouw filter, van de manier waarop je naar de wereld kijkt, naar jezelf kijkt, naar je functioneren kijkt, als je die in je handen zou kunnen krijgen, letterlijk, tastbaar, en je zou de kwaliteit ervan kunnen bekijken, dan zou je mogelijk concluderen dat er veel negativiteit in zit. En dat filter kleurt jouw waarnemingen als hulpeloos, als falen, als machteloos, als eenzaam, als noem maar een kwaliteit op. Een negatieve kwaliteit waarvan je zegt, daar heb ik veel last van.
Ergens heb je een filter wat veel geestelijke pijn veroorzaakt, want een eetbui, de kracht van een eetbui, het geweld van een eetbui, is recht evenredig aan de geestelijke nood die eraan vooraf gaat. Aan de geestelijke pijn die je ervaart. En die kan cumulatief zijn, druppelsgewijs. Het hoeft er niet heel dramatisch uit te zien wat je denkt, als het maar negatief genoeg is en keer op keer op keer op keer door je hoofd gaat, bouwt zich dat op. En dan komt er een omslagpunt waarop je daaraan wilt ontsnappen en geen contact meer wilt met die gedachten, geen contact meer wil met die gedachten, geen contact meer wil met die gevoelens. Het is echt een geestelijke nood die zijn ontlading vindt in de eetbaar.
En als je nu denkt, sorry maar dat herken ik niet. Ik hou alleen ontzettend van eten. Ik verheug me enorm op eten. En als ik het dan doe, dan eet ik alleen zo ontzettend veel dat ik onwel wordt en bomvol zit. En als dat zo is, wil ik het volgende bij je neerleggen om over na te denken. Mijn aanname is dat je in verwaarlozing zit en die geestelijke nood die ik nu bespreek bij jou ook aanwezig is, maar in de vorm van gemis aan contact. Jij zorgt niet voor jouw gevoelens.
Er is niemand in de relatie met jezelf die belangstelling toont en gedurende de dag bij jou is en zegt hey, hoe is het met je? Wat denk je? Wat voel je? Kan ik iets voor je doen? Wat heb je nodig? Er is niemand in de relatie met jou zelf die bij je incheckt als je iets meemaakt en zegt… …Hé, hoe was dat voor je? Hé, wat voel je hierbij? Die zorg is er niet, die relatie is er niet, dat contact is er niet.
En je hebt ooit, omdat het je niet werd voorgeleefd, omdat niemand je liet zien hoe je zo’n relatie met jezelf bouwt, hoe dat voelt, omdat die zorg er niet was, heb je ontdekt dat eten het voor je compenseert. Dus je bent gewend om uit te staan, uit contact te zijn, vandaar dat je die geestelijke nood niet herkent. En het enige wat je jezelf kon aanleren was om je te verheugen op eten. Het is je compensatiemiddel. En ik doe ook een aanname als ik zeg…
Op het moment dat je die relatie gaat bouwen… Komt dat contact er wel en zal je kunnen herkennen… Dat daarin het vermogen mist, het vermogen ontbreekt… Om jouzelf op te vangen in de dingen die je meemaakt. Dus het gebrek aan emotionele zorg was natuurlijk ooit een geestelijke nood voor je. Die nood die was er. En je bent uit contact gegaan en gaan eten. Dat is een gewoonte geworden.
En de eetbui laat je zien dat er ergens onder de waterlijn iets je heeft geraakt waar je niet bewust van bent en je hebt ermee gedaan wat je altijd doet. Je hebt dat wat je heeft geraakt gecompenseerd met een eetbui.
Een eetbui, de derde waarheid, is ook een gewoonte. En wat interessant is aan gewoontes is dat er meerdere laagjes in zitten. Een gewoonte is dus neurologische efficiëntie. Je brein is er heel erg goed in geworden. Het gaat als vanzelf.
Je hoeft er niet meer bewust voor te kiezen. Je doet het gewoon, zoals autorijden. Zo kan een eetbui ook een gewoonte worden. Het is een cognitieve gewoonte. De gedachten die je daar denkt, die de geestelijke nood veroorzaakten, die eraan vooraf gingen, hangen samen met de eetbui. En, dat is het derde laagje, je lichaam heeft ook een gewoonte ontwikkeld van de gemoedstoestand die het voor je veroorzaakt. Er zit een sequens in. In de aanloop naar een eetbui zijn er bepaalde gemoedstoestanden die steeds voorbij komen.
Als ik naar mijn eigen sequens kijk van vroeger, dan kan ik zien dat er altijd eerst de hoop was, het verlangen om niet te overeten en dan was ik in een soort van staat van opwinding, een obsessieve opwinding van dit gaat goed, dit gaat goed, dit is wat ik wil. Ik wil stoppen met overeten en gewicht verliezen. Een opgefokte hoop die ook krampachtig was. En dat was een energie waar mijn lichaam aan gewend was. En in een echo met de gedachte van obsessie over afvallen, reageerde mijn lichaam met een habituele staat van opgefoktheid, fixatie en krampachtigheid. Daarna, bij dat kantelpunt, in dat schoonheidsfoutje, sloeg die opgefokte, krampachtige fixatie om in angst, bezorgdheid, piekeren en zelftwijfel. En daarna kwam er boosheid.
Het bestraffen van mijn falen. En omdat ik nog heel erg jong was en helemaal niets wist over overeten, maar nog helemaal geloofde in het wilskrachtmodel van afvallen, dacht ik dat het mijn eigen fout was. Overeten was mijn schuld, mijn gebrek aan discipline en wilskracht en dus werd ik ontzettend kwaad op mezelf. Zo boos op mezelf. Dat was een misverstand. Ik was veel te jong, ik wist nog helemaal niets, de wereld was nog niet online, ik wist niet hoe dit probleem in elkaar stak en ik dacht dat het mijn eigen fout was. En in dat boos worden op mezelf ontwikkelde ik na verloop van tijd zelfhaat. Ik haatte mezelf en voelde een diepe minachting voor dit gedrag.
Schaamte ook. Maar de minachting en de haat waren ook een vorm van ontlading. Die hoop en die opgefokte fixatie van dit keer gaat het me lukken, sloeg om in teleurstelling, diepe pijn en daarna minachting en haat. En het haten, het haten van mezelf, was ook een uitleven van al die energie en spanning die zich had opgebouwd. Door mezelf er geestelijk van langs te geven, kon ik in ieder geval nog iets van die opgebouwde spanning kwijt.
En in de minachting zei ik dan tegen mezelf ergens iets in de trant van hier, je wilt toch eten? Hier, vreet maar, eet dit er ook maar bij. Zie je dit? Eet dit ook nog.
Dit wil je toch zo graag? Ga dan halen, eet dan. En die afstraffing, die kwelling was ooit ergens ontstaan in de hoop dat me dat dan weer zou motiveren om het niet meer te herhalen. Maar het was ook echt een ontlading van de pijn. Het afranselen van mezelf, de minachting en de haat waren een manier om al die hooggespanne angst van die jonge vrouw die ik was, die zo in paniek was om die kwijt te kunnen.
Dus in mijn sequent zaten meerdere gemoedstoestanden en je lichaam raakt vertrouwd en gewend aan de hele, ik zou willen zeggen, mooi gezegd, partituur daarvan. De hele muzikale boog van emoties, dat wordt een patroon, ook weer een goed geoefend patroon. Dus er is een neurologische efficiëntie, er is een cognitief patroon, de gedachten die je daar allemaal bij denkt en dan de gevoelens die je lichaam daarbij oproept, de emoties die door je heen gaan. En dat hele patroon, die hele sequens, al die schakels daarin, al die overgangen daarin, die zijn habitueel. Een goed geoefend patroon.
Braken, en daarna ga ik het hebben over de oplossing. Braken is de encore van deze sequens. Is een vervolg er op. Braken is natuurlijk een geweld wat door je lichaam gaat. Je lichaam braakt alleen als het met alle geweld iets wat je hebt binnengekregen, wat toxisch voor je is, er uit wil werken. En dat is een tegengestelde beweging die je lichaam dan maakt. Het is een krachtsinspanning en daardoor ook vermoeiend.
En dat is in het hele patroon van jezelf willen ontladen en versuffen, meer van hetzelfde. Braken is vermoeiend, dus daarna is er nog meer verdoving, nog meer niemandsland, maar ook, en dat zal je weer kunnen herkennen in je gemoedstoestand, een gevoel van compensatie. Dus het was naar, het was pijnlijk, misschien voel jij bij braken ook weer walgingen, afwijzing en bestraffing, maar ook weer verdoving en leegte. Het leren herkennen van al die gemoedstoestanden, er van een afstand naar kijken, helpt. Leer die sequens herkennen. Ontdek wat zich daarin laat zien. Ik heb zelf geen boulimia gehad. En ik heb geprobeerd in mijn paniek ooit toen om het te ontwikkelen.
Ik deed enorm mijn best om te kunnen braken, maar ik werd er gewoon niet goed in. Het duurde eindeloos lang. Het ging met kleine stukjes en beetjes. En omdat het natuurlijk iets was wat ik stiekem wilde doen, was het te tijdrovend en lastig. En heb ik dat niet zoals je soms hoort, even snel tussendoor op de wc kunnen doen in een restaurant. Het heeft zich bij mij dus niet doorgezet. Maar ik herken wel de nood en de machteloosheid en de paniek waar het vandaan komt. Daar heb ik wel ervaring mee.
En in Etenslessen zitten, he, boulimia is echt een klinische diagnose. In Etenslessen heb ik daar geen module voor.
Maar ik heb wel deelnemers in mijn programma die boulimia hebben gehad, of daar heel sporadisch dat nog een keer tegenkomen, maar zichzelf niet full blown herkennen in boulimia. Ze zeggen alleen: Ik wil niet terug afglijden daarin. Of ze zeggen, ik doe dat niet meer, maar ik kan ook niet zeggen dat ik een fijne relatie met eten heb. Ik ben klaar met de behandeling, het heeft me enorm geholpen, ik heb geen boulimia meer, maar ik wil ook niet terug daarnaartoe. Ik wil nu gewoon van neutraal naar geweldig.
Van neutraal uit mijn probleem naar fijn. Ik wil een fijne relatie met eten. Een relatie met eten die het beste in me naar boven haalt. Een relatie met eten waar ik plezier in heb, waar ik vertrouwen in heb. En voor dat stuk is coaching geweldig. En sluit Etenslessen daar heel mooi op aan.Nu naar die oplossing. Hoe kom je nou van eetbuien af? Als het nu nog zich voordoet als iets wat zich buiten jou om af speelt, ineens is het er en is er geen houden aan.
Ik heb er twee voor je. Concentreer je op het bestuderen van alles wat eraan vooraf gaat. Een van de valkuilen in een strijd met eten, is dat je vaak zoveel aandacht besteedt aan wat je nou hebt gegeten, aan hoe erg de eetbui was, wat er allemaal aan te pas kwam. Daar zit je sfeer van invloed niet. Nou, voor een deel wel, in de aanbeveling die ik je dadelijk ga geven. Maar je grootste sfeer van invloed zit in het bestuderen van alles, het merendeel van die sequens, wat eraan vooraf gaat. De eetbui zelf is de laatste stap in de sequens die eindigt in de verdoving en het uitgecheckt zijn.
Maar het is natuurlijk heel interessant voor je en waardevol om erachter te komen waarom wil ik uitchecken. Waarom wil ik op de vlucht en verdoven en niet meer weten wat ik denk en voel. Wat voel ik dan? Wat denk ik dan?
En een hele waardevolle check voor je om je filter in beeld te krijgen, die negativiteit, die spanning die je opbouwt, is door aan jezelf te vragen: halen mijn gedachten het beste in mij naar boven? Kan ik zien dat mijn gedachten opbouwend zijn? En kan ik zien dat mijn gedachten mijn wereld positief interpreteren en steeds opnieuw vertrouwen op een goede afloop der dingen? Kan ik zien dat mijn gedachten die kwaliteit hebben? Of kan ik zien dat mijn gedachten die kwaliteit hebben? Of kan ik zien dat mijn gedachten niet het beste in mij naar boven halen? Kan ik zien dat mijn gedachten neerslachtigheid, eenzaamheid, wanhoop, hulpeloosheid, afwijzing, tekortschieten voor mij produceren. Een voortdurende stress van het gevoel dat ik altijd achter de feiten aanhol, dat ik mezelf niet kan bijbenen. Wat doen mijn gedachten? Daarnaar kijken.
Waarom heb ik het nodig om te verdoven? Daar meer over te weten komen, als je je daar op gaat concentreren en niet op het eten zelf, zal je merken dat de kloof tussen en ineens was daar die eetbui en ik heb geen idee waarom.
En wel weten waarom steeds kleiner wordt. Je komt er meer over te weten. En als je dit lastig vindt in mijn programma, bet ik je natuurlijk in, in mijn methodiek, met mijn coaching, met mijn lesmodules, met de workshops, de werkboeken, dan rol ik dat allemaal voor je uit. Zit je niet in mijn programma, weet dan dat hier je sfeer van invloed zit, je belangrijkste sfeer van invloed. Richt je op wat eraan vooraf gaat. Haal je gedachten het beste in je naar boven?En dan het tweede stuk. Geef jezelf toestemming voor de eetbui.
Dat is natuurlijk ontzettend lastig voor je, omdat het hele doel van de eetbui nou juist is om bij jezelf vandaan te gaan, om uit te checken, om te versuffen en te verdoven. En toch zeg ik, op het moment dat je jezelf met liefde omringt, met compassie omringt en zegt hé, alles in mij wil nu bestraffen, afwijzen, walgen, Maar ik wil er juist voor je zijn. Ik wil bij je zijn, bij je blijven, present zijn, om meer te weten te komen over waarom je op de vlucht wil.
En ook als je daar niet op dat moment meer te weten over komt, het bieden van die liefdevolle aanwezigheid en jezelf daar ook praktisch bij helpen door je jas uit te trekken, want vaak begint het eten al nog met je jas aan, je jas uit te trekken en het gezellig te maken voor jezelf, zachte kleding aan te trekken, wat het ook is voor jou. Wat voelt als, hé, ik wil je comfort bieden en dan aanwezig blijven, liefdevol aanwezig blijven bij jou, bewust blijven. Wat je daar doet met het bieden van die compassie en die liefde, is het trainen van de vaardigheid die de eetbui uiteindelijk overbodig maakt.
Als je je geliefd voelt en veilig voelt, is er geen geestelijke nood, ontstaat er geen geestelijke nood. Dan kun je alles wat je waarneemt in je leven veel beter dragen. En het oefenen van die liefde en die compassie juist in je donkerste momenten, als je de dingen doet die je het meest pijnlijk vindt om van jezelf te zien, Ja, dat is natuurlijk goud in je handen aan de voorkant. Dus je concentreren op wat eraan vooraf gaat. Ga uiteindelijk de kloof tussen helemaal niet begrijpen waarom je dit overkomt en het wel begrijpen dichten. Heel belangrijk. En met compassie en liefde bij jezelf aanwezig blijven en contact blijven zoeken en maken.
En als je in verwaarlozing zit natuurlijk voor jou dat contact opbouwt, creëert, wat er nu nog niet is. Wat je hierbij helpt als het gaat om de pijn van een eetbui zelf, is het idee dat jij dit niet bent. De eetbui waarvan je zo hard je best misschien doet om die niet te hebben, is een verschijnsel, een afslag die je brein neemt in een poging om jou te helpen daar je nu last van hebt en waar je graag mee wilt stoppen, waar je graag vanaf wilt.
Maar dit ben jij niet, Dit is dat patroon in je brein. En soms kan het idee, dit ben ik niet, dit is een fenomeen in mijn brein, een afslag die het neemt en het heeft mijn hulp nodig om weer in een spoor te komen waar ik geen last van heb.
Dat idee kan soms enorm helpen om dat gevoel van persoonlijk falen eraf te halen.
Suikerverslaving en gevoeligheid voor suiker. Ik zie keer op keer dat daar waar iemand in mijn programma die ontwikkeling doormaakt van meer te weten komen over de kwaliteit van je gedachten, het veranderen van die gedachten, het bouwen van die liefdevolle relatie met jezelf waarin je veilig voelt en onvoorwaardelijk geliefd, die maakt de impact van suiker en gevoeligheid voor suiker veel kleiner en die domineert daarin niet.
Dus op het moment dat je dit stuk op orde krijgt in die relatie met jezelf en het kiezen van de gedachten waarmee je je wereld waarneemt, is de mate waarin suiker je hierin in de weg zit of saboteert, ondergeschikt. En dat is natuurlijk ook fantastisch nieuws. Eten is geen draak die jou eronder heeft en die je niet kan verslaan. Het kan zo voelen, maar dat is niet zo.
Bij mezelf en bij de mensen die ik begeleid. Ik ben ook echt, ik heb heel diep gezeten met suiker ooit en toch kan ik dat nu eten. En ik weet precies in welke mate ik dat kan eten en ik kan dat met mate eten. Ik kies daar niet zoveel voor. Ik heb er niet zoveel interesse meer in, maar het kan en het is niet problematisch. En de mensen in mijn programma regelen precies voor zichzelf in en ontdekken precies voor zichzelf welke plek zij zouden willen geven, in welke mate ze het willen eten. En zij herkennen op een gegeven moment precies hoe het bij ze past, voor ze werkt en in welke mate het eigenlijk nog wenselijk voor ze is.
Maar het is hier niet de dominante factor of de boosdoener in het hebben van de eetbuien. Dat is echt die geestelijke nood die domineert hier. Dit zijn ze, mijn drie waarheden.
Een eetbui is het gevolg van opgebouwde spanning of het gebrek aan relatie in de spanningen die zich laten zien waar je niet bewust van bent. En een eetbui is een gewoonte. En het is zo fijn om tegen je te kunnen zeggen, het komt echt helemaal goed. Ook voor jou.
Je bent geen hopeloos geval. Je kan iets nieuws gaan creëren. En ik nodig je van harte uit om dat in Etenslessen te komen doen vanaf 24 januari. Meld je aan voor mijn wachtlijst. Dan word ik je coach en doen we dit samen. En ik kijk er met heel veel plezier naar uit. Tot dan!