Voedsel is een primaire behoefte en verdraagt om die reden geen spanning. Spanning is de grootste trigger voor overeten. Als je gespannen raakt omdat je naar eten verlangt, wordt je verlangen groter. Het is zo belangrijk dat je begrijpt hoe dit werkt. Als je niet tevreden bent over je gewicht of relatie met eten, gaat deze les je helpen. Ik bespreek de kracht van onze wil om te eten in relatie tot honger, restrictie, uiterlijk, gezondheid en gewichtsverlies.
Hoe en wanneer ontstaat de spanning die je voelt? Wat is het gevolg daarvan en wat betekent dit voor gedragsverandering en gewichtsverlies? Ik geef het antwoord in deze aflevering, die niet alleen voor jouzelf interessant is, maar ook voor zorgverleners en andere mensen die jou op dit gebied willen helpen.
Je luistert naar Etenslessen, de podcast met Marjena Moll en dit is aflevering 226. Je luistert naar Etenslessen, de podcast over afvallen zonder dieet en het creëren van een geweldige relatie met eten. Mijn naam is Marjena Moll. Ik ben je coach en ik introduceer je graag in mijn Etenslessen waardoor je ontdekt hoe je afvalt zonder dieet. En een fantastische relatie met eten creëert. Laten we beginnen.
Hallo, hoe is het? Hoe gaat het met je? Met mij gaat het heel erg goed. Misschien ben je hier nieuw. Welkom in de podcast.
We hebben het hier steeds, de conversatie gaat hier over blijvend gewichtsverlies en het creëren van een fantastische relatie met eten. En voor mij zijn die twee onlosmakelijk met elkaar verbonden. Als je je concentreert op het creëren van die fantastische relatie dan volgt je lichaam je daarin en is het resultaat blijvend gewichtsverlies.
Ik ben op dit moment veel aan het lezen over kanker in relatie tot voeding en kankercellen. Waar leven ze van? Wat hebben ze nodig om te overleven? En wanneer kunnen ze niet meer leven. En het is fascinerende materie. Ik steek er heel veel van op. Tegelijkertijd voel ik daardoor ook wat frustratie over de kloof tussen protocollen voor kanker, het genezen van kanker, behandelen van kanker en voeding.
Die twee werelden komen nog niet bij elkaar. Toen ik laatst in het ziekenhuis was in verband met de behandeling van Bob, mijn man, had ik het daar ook over met de arts. En hij was het met me eens dat die twee werelden nog ver uit elkaar liggen. En dat vond ik wel moeilijk of confronterend om tegen te komen. In deze aflevering waar ik het met je over wil hebben is een heel heel heel belangrijk onderwerp namelijk het feit dat voedsel geen spanning verdraagt. Als je spanning voelt rondom voedsel dan is de kans groot, ik doe zelfs de aanname, dat ik dan weet dat je waarschijnlijk ook veel verlangt naar eten. Die twee gaan samen op. Hoe meer gespannen jij je voelt rondom voedsel, hoe groter de drift ook wordt om juist te eten.
En nu heb ik het niet over spanning omdat andere mensen willen dat je eet, terwijl jij niet wil eten. Dat is niet de spanning waar ik het over heb. De spanning waar ik het specifiek over heb is het verlangen naar voedsel en daar zelf gespannen bij raken. Dat is hier het issue. Je verlangt naar eten en raakt daar gespannen van. En wanneer gebeurt dat? Er zijn drie plekken waarop dat gebeurt. Misschien herken je ze alle drie.
Misschien is er één waarvan je zegt: “Oh ja, dat heb ik ook.” Zo waardevol om te ontdekken. Het kan een enorm verschil voor je maken in jouw relatie met eten, in het opruimen van overeten, als je dit stuk goed gaat begrijpen. De eerste plek waarop je dit tegen kan komen is rondom restrictie. Niet mogen eten van jezelf. Ik ben op mijn veertiende voor het eerst op dieet gegaan, dat was een crash-dieet, ik had een enorme honger. En drie weken later, tadaa, had ik mijn streefgewicht bereikt en mijn kinderlijf terug. En toen mocht ik weer gewoon eten.
Maar ik kon niet terug naar gewoon. Mijn gewoon was weg. Mijn gewoon had plaatsgemaakt voor een hoofd wat voortdurend aan eten dacht. En in de jaren die daarop volgden ontwikkelde ik een enorme strijd met eten. En op den duur besloot ik om zelf echt achter het roer te gaan staan en onderzoek te doen naar het volgende vraagstuk. Hoe beland je nou in een strijd met eten? En hoe kom je daar ook weer uit? En die vraag ben ik nou zo’n goede 20 jaar. Ik heb die vraag onderzocht in de eerste plaats om mezelf te helpen om uit mijn eetprobleem te komen.
En alles wat ik daarover ontdekte heb ik later ook ingezet om etenslessen mee te bouwen, de methodiek van etenslessen en andere mensen mee te begeleiden die zelf ook in een strijd met eten zijn beland of vooral ontevreden zijn over de manier waarop ze met eten omgaan en daar verandering in willen brengen.
Een van de puzzelstukken in deze kwestie, in deze zoektocht naar wat gebeurt hier nou? Was mijn intense verlangen naar eten wat ik kon voelen, de drift, de drang om te eten. Die kon enorm groot zijn en intimiderend ook. Ik werd er bang voor op een gegeven moment. Dat intense, bang voor dat intense verlangen naar eten. En door dat verlangen kon ik soms ook stiekem eten en rare dingen doen met eten. Allemaal omdat ik dat intense verlangen voelde. Wat ik ontdekte is dat schaarste, niet mogen eten, een regel hebben rondom eten. Dit is wat je mag, dit is wat je niet mag, kan die spanning opwekken.
Je voelt een verlangen naar iets wat je van je dieet niet mag hebben. En wat daarmee gebeurt is de spanning die je daarbij voelt. “Oh, dit lijkt me lekker, maar ik mag het niet hebben…” Die spanning wordt opgepikt door een primitief deel van je brein.Wat die spanning interpreteert als schaarste of dreigende schaarste. Dat is het enige wat dit deel van je brein doet met die informatie. Spanning in relatie tot voedsel, dat kan maar één ding betekenen. Er is niet genoeg of er dreigt niet genoeg te zijn.
En in reactie daarop wordt je verlangen naar eten groter. Doe het, eet nu, pak wat je pakken kan, eet. Dr. Lisa Barrett beschrijft de voorloper van de mens, ons allereerste begin, als een grassprietje op de bodem van de oceaan. We zijn ooit begonnen als een grassprietje op de bodem van de oceaan, daar leek dat organisme nog het meest op. En zij zei, het was eigenlijk niks meer dan een maag op een stokje. Wat ze vertelt is dat het eerste wat we zijn gaan doen in dat evolutionaire begin, is zoeken naar voedsel. En daarmee kunnen we zien dat onze wil om te eten zo’n beetje het allereerste is geweest wat er in ons DNA belandde.
Zoek naar eten, ga op zoek naar voedsel en dat was ook het eerste wat dat grassprietje deed. Bewegen, zoeken, verplaatsen om te kijken of de kans op voedsel ergens anders, groter is. Dit betekent dat de wil om te eten, de drang om te eten heel diep in ons DNA gesleten zit. En als je dat tegenkomt in de vorm van die drang om te eten, dan wil ik in deze aflevering voor je aanwijzen hé, dat komt omdat je spanning voelt bij je verlangen naar eten.
En onderzoek eens of dat samenhangt voor jou met restrictie. Mag je van jezelf niet eten of mag je van een ander niet eten? Dit is zo belangrijk om te gaan herkennen. Zodra je zelf vindt dat je het niet goed doet rondom eten, omdat je dingen eet die je eigenlijk niet eten mag van je dieet. Je begint te denken in restrictieve termen van calorieën, punten, schema’s.
Je weegt en je meet en je weegt jezelf en je voelt daar een spanning rondom ontstaan, dan zal je merken dat die spanning overspringt zodra je verlangt naar eten wat je van jezelf niet hebben mag of van het dieet niet hebben mag. En dat is een probleem. En dus wil ik je laten zien, als je merkt dat het volgen van dieet en hoe je daarmee omgaat, jouw verlangen naar eten groter maakt, dan mag je je afvragen of dit de route voor je is. Of dit een positieve bijdrage levert aan jouw relatie met eten. Als je ziet dat die spanning problematisch is, dan is het prioriteit dat je die leert oplossen. Dit deel van je brein begrijpt het concept van een dieet niet. Dit deel van je brein weet ook niet dat je in een wereld leeft van overvloed. Honger is hier namelijk niet het probleem.
Dat crash dieet wat ik op mijn veertiende volgde, waarbij ik dus echt een rammelende maag had. Die honger was niet het probleem. Die honger heeft niet de spanning met eten veroorzaakt. Honger is geen enkel probleem voor je lichaam. We hebben namelijk ook schaarste gekend. In de oertijd. En ons lichaam schakelt dan over op andere manieren om je van energie te voorzien. Of een andere manier om je van energie te voorzien.
En die honger die komt en gaat, die hongerprikkel komt en gaat. En zolang jij daar geen paniek bij voelt of niet gespannen raakt, omdat je graag eten wil maar dat niet mag, dan is het geen enkel probleem. Dit betekent dat je je bewust wilt worden van die spanning.
Spanning rondom verlangen naar eten. Die wil je voor jezelf in beeld krijgen en kunnen herkennen, is die er? Een ander gebied waar spanning kan ontstaan is omtrent je gezondheid. Als je je zorgen maakt om je gezondheid of iemand anders zich zorgen maakt om je gezondheid en jij daar spanning bij voelt in relatie tot voeding. Dit mag ik van de dokter niet eten. Dit is niet goed voor mijn auto-immuunziekte.
Ik word misschien ziek als ik dit eet. Ook deze spanning, met de beste bedoelingen, kan je verlangen naar eten groter maken. En wat zo pijnlijk is daaraan, is dat als die in verband wordt gebracht met je gezondheid, je beschaamd kan worden vanuit het idee, ja, maar je neemt toch wel verantwoordelijkheid voor je gezondheid. Je gezondheid is toch het meest kostbaarste wat je hebt. Dus hoe kan je nou juist dan dit of dat eten? En dan begrijp je dat ook van jezelf misschien niet, maar kijk eens dan of je kan herkennen… dat die zorg om je gezondheid van jou of een ander je hier gespannen maakt. Want ook dit is iets wat dat oerdeel van je brein, wat geen spanning rondom eten verdraagt, of die spanning althans interpreteert als schaarste of dreigende schaarste, niet weet. Je brein weet niet dat er genoeg eten is.
Dit deel van je brein weet niet dat het om ongezond eten gaat. Je brein weet niet dat er genoeg eten is. Dit deel van je brein weet niet dat het om ongezond eten gaat. Je brein weet niet dat je kampt met een diagnose of de dreiging van een diagnose. Of het herstel uit een diagnose. Het gaat om de spanning op zich.
En dus is het heel belangrijk dat je dit voor jezelf afschermt en je daarin niet laat beschamen. Er is een programma op TLC geloof ik, maar ik weet niet hoeveel pound life, 600 pound life, waarin mensen gewicht proberen te verliezen, zodat ze in aanmerking komen voor een maagoperatie en in dat programma wordt er altijd wat spanning opgebouwd rondom het gewicht wat iemand heeft en het gewicht wat ze proberen te verliezen.
De arts die meewerkt aan dit programma komt op mij altijd een beetje over als een betuttelende, belerende vaderfiguur die de patiënt een beetje beschaamt dat het ze nog niet is gelukt om voldoende gewicht te verliezen voor hun operatie. En hij herinnert ze dan aan de risico’s daarvan. Wat ik daarin zo jammer vind is dat deze man zich dus echt alleen beperkt tot dat medische stuk en niet het psychologische deel van voeding. En dit puzzelstuk is namelijk dat als mensen zich schamen rondom voeding en hun verlangen naar voeding dat hun verlangen naar eten juist groter kan maken. Wat de stress voor de patiënt natuurlijk extra vergroot. Je neemt geen verantwoordelijkheid voor je gezondheid. Je bent zelfs aangekomen. Nu kom je niet in aanmerking voor die maagoperatie.
Dat is zo risicovol. Je doet het niet goed. Tut, tut, tut. Dat. En je hebt natuurlijk geen controle over wat mensen tegen je zeggen. Je hebt geen controle over je omgeving. Het belangrijkste is dat jij het kan herkennen. Dat jij kan zien of je het overneemt.
Die beschaming of die betutteling. En het bekritiseren van je verlangen naar eten en het bekritiseren van je gedrag. Jij bent gelukkig daarbij en kan jouw relatie met eten wat afschermen. Of in elk geval jouw innerlijke conversatie met jezelf daarover begeleiden.
En kijken, herkennen, gebruik ik deze diagnose of gebruik ik de zorg om mijn gezondheid… Op een negatieve manier in relatie tot mijn verlangen naar eten. Hier zou je toch niet naar moeten verlangen? Hoe kan je dit nou eten? Hoe kan je hier nou verlangen bij voelen als je weet dat… x/y/z. Heel belangrijk stuk.
Andersom, als je kerngezond bent en veel kennis hebt over gezonde voeding, kan je ook deze spanning voor jezelf creëren. Als je daar perfectionistisch mee omgaat, en jezelf bij alles wat je eet vertelt dat je daar niet teveel van moet eten, of dat het nog beter kan, of dat je dit vaker moet eten, of dat dit niet de meest ideale variant van het eten is, kan je daar ook spanning bij voelen. En dat kan hetzelfde effect op je hebben. Je verlangen naar eten wordt groter en je begrijpt dat niet van jezelf. De derde plek waar je die spanning kan creëren is voor de spiegel. Als je je gewicht, je lichaam afkeurt, het vet op je lijf lelijk vindt, als je misschien zelfs walgt van je lichaam, dan doet dat pijn. Het is een afwijzing. En die afwijzing maakt eten beladen.
Dus het afkeuren van je lichaam gebeurt voor de spiegel, maar je neemt het wel degelijk mee naar de keuken. En op het moment dat je iets ziet wat je lekker lijkt en naar eten verlangt, voel je daar een spanning op zitten. Want als je een verkeerde keuze maakt, val je niet af. Als je een verkeerde keuze maakt, dan wordt je nog zwaarder en wordt het allemaal nog erger.
En die dreiging, die spanning, communiceert opnieuw naar het oordeel van je brein, dat er iets aan de hand is met voeding en het denkt dat kan maar één ding betekenen, er is niet genoeg of er dreigt te weinig te zijn, eet nu.
Dus deze drie plekken, de relatie met je gezondheid, jouw lichaamsbeeld, restrictie en diëtetiek zijn allemaal plekken waarop je mogelijk spanning rondom verlangen naar eten creëert. En nog even terugkomend op je uiterlijk, ook hier omdat honger niet het probleem is als het gaat om restrictie. Zo is een platte buik mooier vinden als dat is wat je wilt.
Als je jezelf mooier vindt met minder vet op je lijf. Dat op zich is geen probleem. Je esthetische voorkeur is hier niet het probleem. En je hoeft jezelf dus ook niet te dwingen om je vet mooi te gaan vinden. Als je dat oprecht niet mooi vindt. Als je je overgewicht niet mooi vindt, hoef je niet af te dwingen dat je het wel mooi vindt. Je mag mooi vinden wat je mooi vindt. Je esthetische voorkeur is niet het probleem.
Het zit hem in de negativiteit en de spanning daaromheen. Dat is het probleem. En vaak denk je dat het afkeuren van je lichaam motiveert om gezonde keuzes te maken. Jezelf bekritiseren en misschien echt op jezelf vitten, van hoe heb je het zo ver kunnen laten komen, geen wonder dat je je broek niet past, ja dan moet je een groter… Dadadadada. Dat is niet onschuldig wat je daar doet. Sowieso in relatie met jezelf ben ik er groot voorstander van dat je hiermee stopt, maar ook om je hier de link te laten zien met een groter verlangen naar eten. Je belandt in een negatieve spiraal die niet stopt, maar erger wordt.
Dus dit zijn drie plekken waarop je mogelijk spanning rondom eten creëert. En die zit je in de weg. Ik wil je helpen met het aanwijzen hiervan om de relatie te kunnen zien met dat verlangen naar eten wat zo intens kan zijn, als een drift, als iets wat niet te stoppen is. En nu vraag je je misschien af, maar wat betekent dat dan? Als spanning rondom eten betekent dat ik meer naar eten, nog meer naar eten verlang, moet ik dan, als ik naar eten verlang, dat dan maar gewoon zijn gang laten gaan en eten. Om te voorkomen dat ik er gespannen van raak. En het antwoord is nee. Nee. Gelukkig niet, zou ik willen zeggen, want in die overvloed die er is en mogelijk ook jouw gevoeligheid voor snelle suikers, zou je dan te veel eten als er veel eten om je heen is.
Je kan absoluut je gewicht veranderen en je kan je keuzes veranderen, alleen niet langs de route of het mag niet, het is slecht, het is ongezond, ik vind het vet op mijn lijf lelijk, ik zou dit niet moeten eten, anders val ik niet af. Al die spanning, die wil je eruit halen. En dan kun je nog steeds verlangen naar eten. Dat verlangen kan er zijn. Het is een natuurlijk verlangen, een impulsief verlangen, als je het ziet, als je het ruikt, als je het hoort, als de andere mensen erover praten en zich verheugen op eten wat gaat komen. Het is heel menselijk en natuurlijk dat je daar spontaan verlangen bij voelt. De vaardigheid die je wilt leren is om daar niet van niet gespannen van te raken. Dat is het.
En in etenslessen, als ik je daarmee begeleid in mijn programma, dan maak je de switch naar eten altijd mogen, weten dat je altijd mag eten. Er is geen restrictie. Je maakt alleen de omschakeling naar het niet meer willen. En daarin ook je verlangen, spontane verlangens, kunnen begeleiden. Zonder dat je dan hoeft te eten om te voorkomen dat je gespannen raakt. Eten om te voorkomen dat je verlangen naar eten groter wordt. Dat is de vaardigheid hier. Binnen diëtetiek wordt deze conversatie niet gevoerd.
Daar is diëtetiek ook niet voor bedoeld. Diëtetiek geeft je informatie over het functioneren van je lichaam, over gewichtsverlies. Er zijn natuurlijk tegenwoordig steeds meer levensstijl diëten die je heel veel vertellen over biochemie en hoe het werkt en fysiologie en wat je kan doen om te zorgen dat je lichaam optimaal functioneert en je zo gezond mogelijk bent. Dat is allemaal prachtige informatie, maar als je daar de autoriteit in je leven van maakt en gespannen raakt zodra je niet aan je eigen verwachtingen kan voldoen, dan mist het zijn doel. En dat is één van de redenen waarom ik binnen etenslessen kennis over voeding wel beschikbaar maak, maar op de achtergrond. En niet op de voorgrond. Niet als een norm, niet als een autoriteit in jouw relatie met eten. Want die relatie zal altijd domineren.
Het begint bij het veranderen van die relatie. En voeding en kennis over voeding kan een interessante databank voor je zijn. Maar alleen als je in het leren samenwerkt met je lichaam en luistert naar je lichaam, puzzelstukjes tegenkomt waarvan je zegt, ik snap niet zo goed wat hier gebeurt. Ik begrijp niet zo goed waarom mijn lichaam niet mee beweegt in wat ik nu doe.
Of ik begrijp niet zo goed of dit eten nu daadwerkelijk bij me past of niet. Elk lichaam is uniek. En hoe je lichaam op voedsel reageert is ook uniek en kan ook veranderen in de loop der jaren. En dan kan het interessant zijn en waardevol zijn om daar kennis over tot je beschikking te hebben.
Maar hoe jij denkt over eten, hoe jij je voelt rondom eten, zal domineren. En daarom beginnen we daar en houden we die voeding op de achtergrond. Veel mensen in mijn programma komen binnen met de erfenis van die eten die ze eerder hebben gevolgd, de restrictie daarom trend, de schaamte en het falen en alle negativiteit die daar het gevolg van is geweest, en die zitten in de weg hier.
En daarom geven we die focus op het opnieuw aankleden van jouw relatie met eten, zodat jouw gevoelens daaromheen opbouwend worden, je gedachten opbouwend worden en positief worden. Waardoor deze schaarste, die schaarste triggert van “oh jee, er is niet genoeg voedsel,” wordt niet geactiveerd omdat jij je niet meer gespannen voelt. Dit is een van de belangrijkste aspecten van het oplossen van een strijd met eten. Dit stuk is echt goed te begrijpen. En in mijn programma geef ik je de tools en het stappenplan om hier je ontwikkeling in door te maken, zodat dit helemaal opgelost wordt.
Ik weet niet of ik het wel eens heb verteld, maar in mijn programma heb ik het er soms over. Ik weet niet of ik het in de podcast over heb gehad, maar ik las ooit een themanummer van het Volkskrant Magazine. En dat ging over adoptie en het eerste jaar met je adoptiekind. Er werden een aantal ouders geïnterviewd in dit themanummer over hun eerste jaar met hun adoptiekind.
En er was een moeder die vertelde over twee kinderen die ze had geadopteerd. En die kinderen die uit een gebied kwamen waar er te weinig water was. Er was waterschaarste. En ze zei dat wat het zwaarst was aan het eerste jaar met haar adoptiekinderen was dat die kinderen elke avond voor het slapen gaan onder de badkamerkraan hingen en dronken tot ze niet meer konden omdat ze zo geconditioneerd waren dat er te weinig water kon zijn en daardoor plasten ze elke nacht in hun bed en het eerste jaar dat ze in Nederland woonden, kregen die ouders het niet tussen de oren van die kindjes van er is echt genoeg water.
Je hoeft niet zoveel te drinken, anders moeten de ouders ‘s nachts vaak de bedden verschonen. En er werden regelmatig nieuwe matrassen gekocht. Want het had tijd nodig om voor die kinderen op dat schaarste antwoord, zou ik willen zeggen, om die tot rust te krijgen en echt te gaan voelen, er is overvloed.
En wat ik zo opvallend vind aan onze relatie met eten, is dat je dus diezelfde schaarste , die trigger, kan ervaren zonder dat er schaarste is. We hebben hier genoeg voedsel, we hebben een overvloed aan voedsel en toch kun je deze schaarste reactie, deze trigger, activeren. En dat gebeurt zodra je gespannen raakt rondom het idee dat je niet mag eten. Gespannen raakt omdat je vindt dat je het niet goed doet met eten. Spanning voelen omdat anderen vinden dat je het niet goed doet met eten.
Gespannen raakt omdat je jezelf lelijk vindt en dik vindt en je lijf afkeurt. En het heeft allemaal hetzelfde effect. Zodra je verlangt naar eten, eten ziet, eten ruikt, eten hoort, aangeboden krijgt, het je lekker lijkt en dit is wat eronder zit, dan voel je dat en wordt je verlangen naar eten groter. Denk hierover na. Ik hoop dat dit je helpt en dat het iets voor je open zet. Ik wens je een hele mooie dag. Tot dan.
Hey vond je deze aflevering waardevol? Dan is het downloaden van mijn gratis ebook etenslessen, de volgende stap in het oplossen van je strijd met eten. Ik geef je in dit boek een aantal onmisbare inzichten, maar ook een aantal praktische stappen waarmee je afvalt zonder dieet. Dus als je meer wilt dan alleen theoretische kennis opdoen, gaat mijn ebook je daar zeker bij helpen. Ga naar mijn website en vraag daar jouw gratis ebook aan. Je vind deze via etenslessen.com.